E-cultuur / Feiten en cijfers /

Zelfvoorzienende sector

De productieketen zorgt voor ontwikkeling, productie en vespreiding.

Door de productieketen worden producten, diensten, kennis en informatie ontwikkeld, geproduceerd en verspreid. Qua producten is er binnen e-cultuur sprake van kunst, kennis, software, games en nieuwe communicatiemethoden en -instrumenten.

Samenwerking
Kenmerkend voor de sector is dat men gezamenlijk maakt (productie) en gezamenlijk gebruikt (distributie en afname). Hierdoor vindt een vermenging van producenten en afnemers plaats. Het resultaat is een zelfvoorzienende sector, waarbij spelers meerdere rollen op zich kunnen nemen.

Zelfreflectie
E-cultuur haalt haar vernieuwende karakter mede uit het feit dat ze zichzelf reflecteert, onderzoekt, analyseert en opnieuw kan uitvinden. Het nieuwe vervangt het oude als het aantoont beter te zijn. Er zijn bijdragen uit een heel brede voorhoede met veel massa, er is veel nieuwe techniek beschikbaar, er zijn codes en er is een functionele ethiek.

Op het ‘maken’ en ‘bedenken’ van die producten ligt de nadruk - slechts 10% produceert niet. 35% zijn ‘heavy-makers’. De sector is zelf ook een belangrijke afnemer van producten en diensten (ca 60%). Meer dan de helft van de bedrijven (met name ook presentatie-instellingen en musea) zijn zowel makers als afnemers.

Makers én Afnemers
Opvallend is dat ruim de helft van de organisaties en bedrijven (53%) maakt én afneemt. Zo zijn een kwart van de presentatie-instellingen en 1 op de zes musea zowel maker als afnemer, doordat ze bijvoorbeeld ook zelf mensen in dienst hebben die bij het creatieproces betrokken zijn. Uit de steekproef blijkt dat slechts 7% van de organisaties zelf geen dingen te produceren.

De kunstenaars, ZZP'ers, bedrijven en organisaties zijn actief in alle fases van de productieketen. Het bedenken en maken staat op de eerste plaats, negen van de tien ondervraagden houdt zich hier mee bezig.

Download de volledige afbeelding door er rechts op te klikken