Kennis /

​Nederlandse showcases op Social Cities of Tomorrow

interview

Amsterdam Wastelands (door: Lara Almarcegui)

— Amsterdam Wastelands, Koppelkiek en NetworkLAB zijn drie van de showcases die tijdens de Social Cities of Tomorrow conferentie worden gepresenteerd. Virtueel Platform ging met de makers om tafel om erachter te komen hoe deze projecten zijn opgezet.

De showcases die op de conferentie te zien zullen zijn, zijn gekozen door een jury uit meer dan zeventig inzendingen uit binnen- en buitenland. Amsterdam Wastelands, Koppelkiek en NetworkLAB zijn de Nederlandse projecten die zijn geselecteerd. Op de conferentie zullen de makers deze projecten presenteren.

Een overzicht van alle geselecteerde projecten is te vinden op de Social Cities website.

De projecten
4164
Koppelkiek (door Kars Alfrink)

Koppelkiek van Kars Alfrink is een social game die gespeeld werd in de Utrechtse wijk Hoograven van 18 september tot 19 oktober 2009. Spelers verdienden punten door foto’s te maken van zichzelf met een ander in uiteenlopende situaties. De meest actieve speler won een fotocamera en de uiteindelijke fotoverzameling werd in de wijk getoond.

Sacha Stolp werkt bij het Ingenieursbureau Amsterdam (IBA), het onafhankelijke advies- en ingenieursbureau van de gemeente Amsterdam. Zij werkt onder andere mee aan Amsterdam Wastelands.

Dit project pakt het probleem van braakliggende grond in de stad aan. Het project loopt nu anderhalf jaar en is gestart door een groep Amsterdammers, waaronder architecten, stedenbouwkundigen en ambtenaren, die zich zorgen maakte om de vertraagde stedelijke ontwikkeling in hun omgeving. Op 1 juli 2011 werd het project in samenwerking met de Dienst Ruimtelijke Ordening van de Gemeente Amsterdam gelanceerd.

4194
Amsterdam Wastelands

NetworkLAB is een nieuw samenwerkingsverband tussen Smart in Public en Archis. Binnen dit project wordt vernieuwend multidisciplinair onderzoek verricht, waarin de effecten van technologie voor de gebruiker centraal staan. Een van de recente projecten gaat over storytelling op het NDSM werf en is gedaan in samenwerking met de TU Delft. Alexander Zeh en Lilet Breddels zullen tijdens Social Cities of Tomorrow twee projecten presenteren.

VP: Wat zijn voor jullie de unieke eigenschappen van jullie projecten?

Kars Alfrink (KA): Koppelkiek is opgezet als een social game, specifiek gericht op mensen in de Utrechtse wijk Hooggraven. Iedere groep mensen waar je een sociale game voor ontwerpt heeft zijn eigen conventies en waarden.

Kars Alfrink: 'Je hebt met een sociale game de mogelijkheid om bestaande sociale conventies uit te dagen.'

Een social game moet zich zo gedragen dat deze wordt geaccepteerd, of zelfs wordt omarmd door een groep. Je hebt met een social game ook de mogelijkheid om bestaande sociale conventies uit te dagen, op die manier creëer je productieve frictie.

Sacha Stolp (SS): Amsterdam Wastelands pakt het probleem van braakliggende grond aan. Braakligging binnen stedelijke omgevingen zorgt voor verpaupering en verlies van waarde. Het gevolg is dat er een bestuurlijke druk ontstaat om iets te doen. Niets doen met een stuk grond is vaak geen optie en kost alsnog €10.000 tot 15.000 euro per hectare, per jaar.

De rol van Amsterdam Wastelands is puur het in kaart brengen van braakliggende gronden. Tot nu toe zijn er tachtig initiatieven aangemeld via ons netwerk die aan de slag willen, maar wij monitoren niet precies wat er gedaan wordt.

Wij hopen dat braakliggende terreinen leiden tot nieuwe vormen van gebiedsontwikkeling, die bijdragen aan de ontwikkeling van de stad en het vertrouwen in en van haar bewoners. Het gaat om mensen en de planeet, maar misschien is ook profijt mogelijk."

4223
Hypermud van de TU Delft Hyperbody Group (foto: Smart in Public)

Lilet Breddels (LB): Wij willen met het NetworkLAB een platform creëren waar vindingen op het raakvlak van architectuur en (digitale) technologie in de praktijk getest kunnen worden. Het daadwerkelijke belang van de gebruiker staat daarbij centraal. In de activiteiten van het NetworkLAB gaan technologie, creatieve theorie en ontwerppraktijk hand in hand.

In 2012 zullen we van start gaan met een intensieve samenwerking met de Hyperbody groep van de TU Delft waarin de mogelijkheden van interactieve architectuur worden onderzocht en getest. Daarnaast wordt gewerkt aan een project rond nieuwe vormen van mobiliteit in de stad.

VP: Participatie van bewoners en draagvlak zijn belangrijke factoren voor het succes van projecten. Hoe zorgen jullie hiervoor? Welke problemen kwamen jullie tegen?

KA: Dat was in het geval van Koppelkiek niet eenvoudig. Voor voldoende participatie heb je een lange aanlooptijd nodig. Bewoners moeten je weten te vinden en het is erg belangrijk dat je heel erg specifiek bent over wat voor een soort spelervaring je te bieden hebt.

Kars Alfrink: 'Voor voldoende participatie heb je een lange aanlooptijd nodig.'

Simpelweg zeggen: ‘kom een spel spelen, het is leuk’ volstaat niet. Verder hebben we ons best gedaan om de game onder de aandacht te brengen via bestaande kanalen in de buurt, en via personen die een sleutelrol vervullen in het lokale circuit.

4167
Koppelkiek (foto: Kars Alfrink)

Als we iets op een andere manier hadden kunnen doen, dan hadden we meer mogelijkheden geboden voor co-ontwerp en een langere aanlooptijd genomen. Dit zorgt ervoor dat het game design stabiel is zodra de marketing van het spel op gang komt. Ook zou ik meer fysieke ontmoetingen regisseren tijdens het spel.

SS: Amsterdam is gezegend met een actieve, creatieve bevolking en cultuur. Dit zorgt ervoor dat er vanuit maatschappelijk oogpunt de wil is om met zaken aan de slag te gaan.

Verder kun je mensen in beweging krijgen en bewustzijn creëren door informatie open te maken. Publiceer leegstand en braakliggende grond, bij voorkeur op internet. Nadat we dit initiatief in Amsterdam zijn gestart, zijn er inmiddels ook vergelijkbare projecten in Den Haag, Utrecht en Rotterdam. Verder is het van belang dat je bottom-up netwerken en initiatieven faciliteert, want uiteindelijk kost niets doen meer geld!

Sacha Stolp: 'Je kunt bewustzijn creëren door informatie open te maken.'

LB: In ons werk staat het belang van de gebruiker centraal. Om nieuwe technologie begrijpelijk te maken voor een groter publiek heb je te maken met drie factoren. Is die technologie beschikbaar? Is het aantrekkelijk voor gebruikers? En is de technologie vanzelfsprekend voor de gebruiker?

VP: Hoe zien jullie de sociale stad van de toekomst? Kunnen jullie hier een beeld van schetsen aan de hand van drie steekwoorden?

KA:

  1. Divers: Een stad waar een grote verscheidenheid aan mensen en evenzoveel ideëen en opvattingen welkom zijn. Dat is essentieel voor de vitaliteit.
  2. Open: Een stad waarin net zoveel ruimte is voor individueel, kleinschalig initiatief als er nu is voor grote commerciële entiteiten. Zowel op het niveau van de fysieke infrastructuur, als de wetgeving die het gebruik reguleert.
  3. Rechtvaardig: Een stad die een waardig bestaan garandeert voor iedereen, ongeacht herkomst en opleidingsniveau.

SS:

  1. Variatie biedt de meeste kans op positieve en duurzame ontwikkeling.
  2. Ook is de veerkacht van een project van groot belang, zodat in tijden van nood een stad weerstand kan bieden.
  3. En tot slot biedt een rechtvaardige stad een plek voor iedereen en sluit niemand uit.

LB:

  1. Lokaal: In plaatsgebonden netwerken van burgers komt productie en consumptie van goederen dichter bij elkaar. Ook zullen er meer buurtgerichte collectieve activiteiten plaatsvinden op het gebied waar traditioneel de overheid een grote rol had. Denk hierbij aan veiligheid, groenvoorziening en wellicht ook infrastructuur.
  2. Globaal: Tegelijkertijd ontstaan er steeds meer peer-to-peer internationale netwerken waarbij uitwisseling van kennis en services op basis van gemeenschappelijke thema’s centraal staat.
  3. Messy (rommelig): Het maatschappelijk ‘gevaar’ is dat bovenstaande ontwikkeling tot een versnippering leidt waarmee onduidelijkheid ontstaat over verantwoordelijkheden en competenties, met gevolgen voor connectiviteit, maar ook voor draagvlak voor kwesties van een bovenlokale schaal.

Interview: Margot van der Kroon

Share

Gerelateerde thema's

Interessante ontwikkelingen die organisatiebreed worden behandeld.

Facebook comments