Kennis /

Mediawijsheid

achtergrond

— Media worden volgens de Raad voor Cultuur steeds meer context, inhoud en bemiddelaars van informatie, kennis en ervaring.

Als we onderweg zijn ontvangen we het laatste nieuws op onze mobiele telefoon en verzenden we sms-berichten. Dit vraagt om een andere houding en competenties in de omgang met media: de burger moet mediawijs worden. In dit artikel zullen de belangrijkste kenmerken van mediawijsheid op een rij worden gezet. Daarbij zal onder andere ingegaan worden op het ontstaan van het begrip en de uitwerking in de verschillende sectoren.

Een gemedialiseerde wereld
In een gemedialiseerde wereld zorgen ontwikkelingen zoals digitalisering ervoor dat kennis en informatie in allerlei nieuwe vormen beschikbaar is. Informatiestromen nemen toe en kennis wordt steeds belangrijker (1). Daarmee verandert ook de relatie tussen de burger en de overheid, tussen burgers onderling en burgers ten opzichte van media. Een initiatief als DigiD, waarbij elke Nederlander met een digitale code toegang krijgt tot verschillende overheidsinstellingen, is hier een voorbeeld van. Burgers zullen dus bepaalde competenties moeten hebben om zich actief in deze gemedialiseerde samenleving te bewegen. Daarom introduceerde de Raad voor Cultuur in 2005 het begrip mediawijsheid in het advies Mediawijsheid. De ontwikkeling van nieuw burgerschap. In dit advies omschrijft de Raad mediawijsheid als ‘het geheel van kennis, vaardigheden en mentaliteit waarmee burgers zich bewust, kritsch en actief kunnen bewegen in een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld’(2). Wat houden deze begrippen in?

Kennis, vaardigheden en mentaliteit
Een mediawijze burger beschikt allereerst over kennis. Dit houdt in dat gebruikers historische en ethische kennis heeft om mediaboodschappen te kunnen interpreteren en te waarderen: wie is de afzender van deze mediaboodschap? Welke belangen zijn hier mee gemoeid? Daarnaast is het ontwikkelen van technische en creatieve vaardigheden belangrijk. Hierbij kan gedacht worden aan de vaardigheid om informatie op te zoeken, of de vaardigheid om een website te bouwen. Mentaliteit draait om de bewustwording van de houding waarmee de burger gebruikt maakt van media. Gaat de gebruiker actief of passief om met media? Kritisch of goedgelovig? Als burgers zelf media produceren, dienen ze ook bewust te zijn van de effecten daarvan. Bij mediawijsheid staat dus niet de omgang met een specifiek medium centraal: het gaat om het begrip van het gemedialiseerde karakter van de samenleving als zodanig. Hierin verschilt mediawijsheid van het begrip media-educatie.

Van media-educatie naar mediawijsheid
In 1996 introduceerde de Raad voor Cultuur het begrip media-educatie. De nadruk bij media-educatie lag vooral op het aanleren van technische vaardigheden binnen de context van het onderwijs, zoals het omgaan met computers en software. Het begrip media-educatie komt voort uit mediageletterdheid. Mediageletterdheid onstond in de jaren ’70 van de vorige eeuw en was gebaseerd op het idee dat geletterdheid niet beperkt blijft tot een begrip van tekst, zoals het lezen van boeken of kranten, maar ook toepasbaar is op andere media zoals bijvoorbeeld televisie. In de jaren daarna is het idee van geletterdheid vaak gekoppeld aan de vorm (beeld, geluid, tekst), of drager (boek, televisie, computer) van informatie. Hierdoor onstonden aanverwante begrippen als ‘e-skills’, ‘digitale vaardigheden’ of ‘ICT-vaardigheden’ (3). De laatste jaren voert de overheid met betrekking tot mediawijsheid een ander beleid: niet het enkel aanleren van instrumentele vaardigheden in een onderwijskundige setting staat centraal, maar het begrip en de competenties om binnen een gemedialiseerde samenleving te kunnen functioneren. Er vindt een verschuiving plaats: mediawijsheid is niet alleen gericht op jongeren, maar op alle burgers. Het ontwikkelen van mediawijsheid dient daarom niet alleen in het onderwijs plaatsvinden, maar in de hele maatschappij. Mediawijsheid vormt daarom een essentieel onderdeel van burgerschap.

Burgerschap
Burgerschap kan volgens de Raad voor Cultuur in de huidige maatschappij niet meer beperkt worden tot het hebben van formele rechten of economische zelfstandigheid. De overheid benadrukt in haar beleid steeds meer de eigen verantwoordelijkheid van de burger. Digitalisering en medialisering kunnen bijdragen aan het zelfstandig functioneren van de burger in zijn maatschappelijke omgeving. Deze ontwikkeling heeft ook een keerzijde: wie niet mediawijs is raakt buitengesloten. Om aan de samenleving deel te nemen, is het dus van belang dat de burger mediawijs is. Mediawijsheid heeft niet voor elke burger dezelfde betekenis: deze verschilt per groep en context. Daarom worden in verschillende sectoren initiatieven ontplooit om mediawijsheid te bevorderen.

Sectoren
Binnen het onderwijs heeft mediawijsheid de afgelopen jaren vooral vorm gekregen als media-educatie. Media-educatie heeft echter nooit een vaste plaats binnen het onderwijsprogramma in kunnen nemen. De Raad voor Cultuur adviseert daarom ook om mediawijsheid een integraal onderdeel te laten zijn van het programma in zowel het lager- als het voortgezet onderwijs. In het onderwijs zal de nadruk minder moeten leren op het aanleren van technische vaardigheden. In plaats daarvan zal er specifieke aandacht moeten worden gegeven aan het ontwikkelen van kennis en mentaliteit in relatie tot media. Ook de mediasector biedt een bijdrage aan de ontwikkeling van mediawijze burgers. Publieke omroepen kunnen tools aanbieden om burgers actief aan de samenleving deel te laten nemen. Een initiatief als 3voor12 Lokaal van de VPRO ondersteunt lokale vrijwilligers bij het opzetten van regionale muziekstation. De club van 100 van de RVU heeft als doel om via televisie en internet mensen te motiveren om maatschappelijk actief te worden. Volgens de Raad voor Cultuur krijgen publieke media-organisaties steeds meer de rol van ‘docent’ of ‘begeleider’. Binnen de cultuursector ligt de nadruk vooral op de betekenisvormende aspecten van mediawijsheid. Culturele instellingen kunnen volgens de Raad bouwstenen leveren voor het kundig, actief en verantwoord omgaan met media. Ze bieden tools en omgevingen aan waarmee de gebruiker zelf vaardigheden en een bepaalde mentaliteit kan ontwikkelen. Voorbeelden van mediawijze projecten zijn de producten uit de creative learning lijn van Waag Societyen de Cinekid Kids & Tools prijsvraag, verzameld in Cinekid Studio.

Kennisdeling
Mediawijsheid is een breed begrip: de activiteiten die in de verschillende sectoren op het gebied van mediawijsheid worden ontplooid zijn zeer divers. In elke sector zal mediawijsheid daarom een eigen invulling krijgen. Zowel de Raad voor Cultuur als het ministerie van OC&W wijzen daarom op het belang van kennisdeling tussen de verschillende sectoren (4). Waar mogelijk zal er moeten worden gezocht naar samenwerkingen tussen cultuurinstellingen, het onderwijs en media-orgnisaties op het gebied van mediawijsheid. Op deze wijze kunnen deze ontwikkelingen bijdragen aan een actieve, bewuste en kritische houding van een mediawijze burger.

Literatuur

(1) Advies Raad voor Cultuur - Mediawijsheid. De ontwikkeling van nieuw burgerschap, 2005. (2) Idem. (3) Dr. Jan Steyaert - Digitale vaardigheden: geletterdheid in de informatiesamenleving. Den Haag: Rathenau Instituut, 2000. (4) Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschappen: Notitie burgerschap in de informatiemaatschappij, 2006.

Meer over mediawijsheid:

Een wiki naar aanleiding van de conferentie over mediawijsheid in oktober 2006: www.mediawijsheid.org/

De Raad voor Cultuur over mediawijsheid: www.cultuur.nl/nieuws.html?nieu_content.php?id=117

Kennisnet over mediawijsheid: mediawijsheid.kennisnet.nl/

Een lezingencyclus van Waag Society over mediawijsheid (video): nieuw.waag.org/

Share

Gerelateerde thema's

Interessante ontwikkelingen die organisatiebreed worden behandeld.

Facebook comments